29,30 april
1 mei
3 mei
4 mei
5 mei
6,7,8 mei
9 mei
10 mei
11 mei
12 mei
13 mei
14 mei
15 mei
16 mei
17 mei
18 mei
19 mei
20 mei
21,22 mei
28 mei

 


29 & 30 April 2006 - Aankomst Kedewatan Bali

Hotel in Kedewatan

Ook dit jaar hebben de reiskriebels weer toegeslagen en deze keer kiezen we Indonesië als onze volgende bestemming. Omdat Indonesië een heel erg groot land is en wij slechts 3 weken de tijd hebben beperken wij ons tot de eilanden Bali en Java.

We hebben vooraf alleen de vlucht naar Bali en de eerste paar hotelovernachtingen geboekt.
Verder zien we ter plaatse wel waar we heen gaan en wat we allemaal gaan doen. Om precies 12 uur ’s middags vertrekt ons vliegtuig vanaf Amsterdam richting Kuala Lumpur.

We vliegen met Malaysia Airlines en zodra we aan boord van de dikke Boeing 747-400 stappen zijn we al in vakantiestemming. De stewardessen zijn knap en prachtig gekleed. De vlucht verloopt voorspoedig en na +/- 12 uur vliegen landen we in Kuala Lumpur. We moeten ons hier 3 uur vermaken en dat is zeker geen straf want er is genoeg te zien. Kuala Lumpur heeft een zeer modern en schoon vliegveld en de architectuur is prachtig. Er loopt een verscheidenheid aan mensen rond en er zijn genoeg winkeltjes zodat we ons geen seconde vervelen.

Vanaf Kuala Lumpur vliegen we in 3 uur naar Denpasar op Bali. Inmiddels heeft de vermoeidheid toegeslagen maar het lukt ons niet om in het vliegtuig te slapen. We zijn dan ook heel blij als we eindelijk in Denpasar arriveren. Het duurt een eeuwigheid voor we door de douane heen zijn en we onze tassen hebben en gelukkig worden we in de ontvangsthal opgewacht door een medewerker van hotel Bunga Permai.

In een uurtje rijden we naar het dorpje Kedewatan, 5 kilometer vanaf Ubud in het binnenland van Bali. Als we bij dit kleine familie hotel aankomen hebben we het idee dat we in een paradijs zijn aanbeland.

Het hotel is rustig gelegen middenin het Balinese landschap en bestaat uit 3 vrijstaande gebouwen met daken van riet. Vanaf ons balkon hebben we uitzicht op een prachtige tuin en een dal vol palmbomen. We rusten wat uit van de lange reis, eten onze eerste nasi goreng (hmmmmmm) en duiken dan ons bed in. Eerst maar even wat slaap in halen!

terug

Ons ruime balkon



1 Mei 2006 - Wandeling naar Ubud

Om half 7 worden we wakker van kraaiende hanen. De zon is net opgekomen maar het wordt nu al snel warm! We hebben heerlijk geslapen vannacht en na ons ontbijt dat bestaat uit toast met jam en veel fruit maken we een wandeling naar Ubud.

omgeving Ubud

Het eerste stuk lopen we langs een rivier. Jongetjes zijn in hun blootje in het water aan het spelen en vrouwen doen hier de was. Dan gaat het paadje omhoog en al snel lopen we tussen de rijstvelden. Verder passeren we diverse tempels en kleine dorpjes.
In de smalle straatjes is het een drukte van belang en de mensen die we onderweg tegenkomen zijn bijzonder vriendelijk.


En nieuwsgierig. Ze willen weten wie we zijn, waar we vandaan komen, waar we verblijven en waar we heen gaan. Wat ons verder direct opvalt is dat er echt overal kippen, hanen en honden loslopen. Vooral de honden zijn in grote getale aanwezig. Ze leven op straat, zijn vies en schurftig en echt broodmager.

Ze worden, op zijn zachts gezegd, niet vriendelijk behandeld. Pijnlijk om te zien…..

Na 2 uurtjes wandelen komen we aan in Ubud. Het stadje ligt in het binnenland van Bali en heeft ongeveer 8000 inwoners. Het is een echte kunstenaarsstad want hier wonen en werken veel schilders, beeldhouwers, zilversmeden en overige ambachtslieden. Er zijn ateliers, winkeltjes, hotels, restaurantjes, reisbureautjes en natuurlijk ook tempels. Verder is hier druk verkeer. Motorbikes scheuren door de straten en taxi’s toeteren er vrolijk op los. We slenteren wat door de stad heen en bezoeken de lokale markt.

We hadden hier trouwens veel toeristen verwacht maar tot onze verbazing zien we er maar een paar en de meeste zijn van Japanse afkomst. Al snel wordt ons duidelijk dat het toerisme hier momenteel behoorlijk op zijn gat ligt. Het aantal vakantiegangers is sterk gedaald na de bloedige bomaanslagen in Kuta van Oktober 2002 (187 doden) en Oktober 2005 (25 doden). Later in de vakantie spreken we ook diverse mensen die hierdoor hun baan zijn kwijtgeraakt of hun hotel / restaurant hebben moeten sluiten. Een trieste zaak en we kunnen dan ook alleen maar hopen dat het toerisme weer zal aantrekken. terug



2 Mei 2006 - Wandeling & Legong dans

Vandaag slapen we lekker uit en doen we het rustig aan. We hebben toch nog wel wat last van het tijdsverschil en moeten nog wennen aan de warmte.

Na het ontbijt gaan we nogmaals een wandeling maken in de omgeving van Kedewatan. Het is heerlijk om door de smalle straatjes te slenteren en te kijken naar de bezigheden van de mensen hier. Echt iedereen leeft buiten. Maar vandaag is het anders. Gisteren zagen we veel mensen “luieren” voor hun huis, nu is het overal een drukte van belang. Mensen slepen af en aan met bamboepalen en hele families zijn deze palen prachtig aan het versieren. We horen dat dit Penjors zijn. Deze versierde bamboepalen worden vandaag in ieder dorpje of stadje op Bali langs de kant van de weg gezet. Het is een versiering ten behoeve van Galungan en Kuningan, een hindoeïstisch feest dat morgen gaat beginnen. Hebben wij even mazzel dat we dat mee mogen maken…

Ook in ons hotel is iedereen bezig met de voorbereidingen voor het komende feest. Er worden speciale gerechten klaargemaakt en we mogen ook even proeven. We krijgen een stokje met gegrild varkensvlees met een kokoslaagje eromheen en een bananenblad met daarin pittig gekruid varkensvlees.

’s Avonds gaan we naar Ubud om een traditionele dansvoorstelling te zien. We hebben gekozen voor de Legong dans. De voorstelling wordt in de buitenlucht gegeven op een podium dat mooi versierd is. We nemen plaats op een klapstoeltje en wachten op wat komen gaat. Er begint een gamelan orkest te spelen dat bestaat uit slaginstrumenten met metalen toetsen, trommels, gongs en bamboefluiten. Minutenlang luisteren we naar deze traditionele muziek.

Dan komen er prachtig geklede jonge vrouwen tevoorschijn die diverse dansen opvoeren met de gamelanmuziek op de achtergrond.


De dames bewegen hun lichaam heel sierlijk, ze draaien met hun polsen en vingers en maken hun ogen zo groot als mogelijk waarmee ze ons doordringend aankijken. Het is erg mooi om te zien. Na 1,5 uur is de betovering voorbij, veel te snel voor ons gevoel….

We blijven nog wat nazitten en er worden zakjes met geld verspreid onder de jonge dansers en de mannen van het orkest. Ze worden per optreden betaald. Tot onze verbazing zien we de vrouwen vertrekken terwijl ze hun prachtige kostuums nog aan hebben. Een van hen stapt in vol ornaat op haar motorbike.

Met een hand houdt ze haar masker stevig vast en met haar andere hand manoeuvreert ze behendig haar motorbike door het drukke verkeer van Ubud. Geweldig om te zien. Wij maar denken dat ze hier, zoals we thuis gewend zijn, een kleedkamer zouden hebben….

 

 

terug

Legong danseres



3 Mei 2006 - Galungan ceremonie

Vandaag is het Galungan, een Hindoeïstische feestdag die om de 210 dagen plaatsvindt (een Balinees jaar duurt 210 dagen). Op deze dag wordt de overwinning van “het goede” over “het kwade” gevierd. Verder geloven de Balinese Hindoes dat de goden en hun voorouders tijdens Galungan terugkeren op aarde en deze worden welkom geheten door middel van gebeden, offerandes en feesten. De festiviteiten rondom Galungan duren 10 dagen en dan is het Kuningan. Op deze dag wordt er opnieuw geofferd en gebeden om de voorouders te bedanken voor hun aanwezigheid zodat ze weer terug kunnen keren naar hun eigen wereld.

Wij zijn erg nieuwsgierig wat er vandaag allemaal gaat gebeuren en direct na het ontbijt maken we een wandeling door ons dorpje Kedewatan. Op straat is het uitgestorven maar langs de kant van de weg staan overal de prachtige versierde Penjors. Verder zien we bij ieder woonhuis diverse offertjes staan van bloemen, fruit, rijst, wierook en zelfs geld.

Mensen gaan naar de tempel voor de Galungan ceremonie

We lopen richting de dichtstbijzijnde tempel en ook hier is het erg rustig. Wel rijden er regelmatig motorbikes voorbij met daarop prachtig geklede mensen. Sommige van hen stoppen om een praatje met ons te maken en een vriendelijke man vertelt ons dat de festiviteiten plaatsvinden bij een tempel even verderop.

Daar aangekomen is het een drukte van belang, het lijkt of alle inwoners van het dorpje zich hier verzameld hebben. De mensen zien er heel mooi uit.

De mannen dragen een sarong met daarop een wit gekleurd shirt of overhemd en ze hebben een witte band om hun hoofd geknoopt.

ga naar fotopagina

De vrouwen hebben lange rokken en kanten bloesjes aan in de meest felle kleuren.
Hier maken we kennis met Ketut, een vriendelijke Balinees. Hij nodigt ons uit om deel te nemen aan de tempelceremonie die op het punt staat te beginnen. We gaan de tempel in en komen uit in een soort binnenhof waar we plaatsnemen aan de zijkant. De dorpsbewoners gaan allemaal op de grond zitten om gezamenlijk te bidden. Hierna gaan ze door een gespleten poort een andere tempelruimte in. Ketut nodigt ons ook hieruit. We gaan tussen de overige mensen zitten en wachten op wat komen gaat. Weer wordt er gebeden en daarna wordt iedereen gezegend door de priester.

Met een soort kwast sprenkelt hij heilig water op de hoofden van de mensen. Vervolgens krijgen ze 3x heilig water in de handen gegoten wat ze opdrinken en 1x over hun hoofdhaar spoelen. Daarna krijgen ze een aantal rijstkorrels. Er worden 3 hele korrels uitgezocht en opgegeten, de overige korrels worden op het voorhoofd geplakt. En dan is het ritueel voorbij en verlaat men de tempel. Gefascineerd kijken we toe. Het is boeiend om zo’n ceremonie mee te maken. Dan nadert de priester ons en ook wij worden gezegend.

Samen met Ketut verlaten we de tempel en hij nodigt ons uit in zijn huis. Als je door een willekeurige straat in Bali loopt zie je alleen de poortjes van het betreffende woonerf en de rest is ommuurd. We waren al nieuwsgierig hoe het er van binnen uit zou zien….

We stappen door het poortje van Ketut zijn huis en verbazen ons over de ruimte die we hier aantreffen. We komen uit op een binnenplaatsje en daarom heen staan meerdere huizen en mini tempeltjes. Ketut vertelt ons dat hij hier woont samen met zijn familie. We maken kennis met zijn vrouw, kinderen, broers, zus, neefjes en nichtjes.

Ketut en z'n nichtje

Zijn ouders, die hier vroeger ook woonden, zijn helaas al overleden. Iedereen is even vriendelijk en we krijgen direct koffie aangeboden met een gerechtje dat speciaal voor Galungan gemaakt is; bananenbladeren gevuld met een zwarte & witte rijst, diverse kruiden en wijn. De smaak kan ons niet echt bekoren, het is erg machtig en zurig, maar uit beleefdheid nemen we een paar grote happen. Ketut vertelt ons ondertussen veel over het Balinese Hindoeïsme, zijn familie en de bezienswaardigheden op Bali.

Dan is het weer tijd om te gaan. We lopen terug naar ons hotel en zijn zeer onder de indruk van de tempel-ceremonie en zoveel gastvrijheid.

terug



4 Mei 2006 - Gunung Batur & Tempels

Baturmeer

We willen meer zien van Bali dan alleen Ubud en de omgeving van Kedewatan vandaar dat we voor vandaag via ons hotel een auto + chauffeur hebben geregeld. We gaan op pad met chauffeur Nyoman en een enthousiaste jongen van ons hotel die toevallig ook Nyoman heet.

Nou ja, eigenlijk is dat niet zo toevallig omdat veel mensen op Bali dezelfde naam hebben. In het Balinese Hindoeïsme is er sprake van een kastensysteem. Bij de laagste kaste (en daar horen de meeste mensen op Bali bij) kan je aan de naam zien wie het eerste, tweede, derde of vierde kind is. Het eerste kind heet Wayan, de tweede Made, de derde Nyoman en de vierde Ketut. Het maakt
niet uit of het een jongen of een meisje is . Als er meer dan 4 kinderen geboren worden beginnen
ze gewoon weer van voren af aan. Grappig maar voor ons soms best wel verwarrend.

Om 9 uur vertrekken we vanaf ons hotel en als eerste bezoeken we Goa Gajah, de olifantengrot. Op het terrein bevindt zich een tempel en een grot waarin diverse nisjes met beelden staan. Het geheel stelt niet zoveel voor. De 2e tempel die we bezoeken, de Gunung Kawi, is wel de moeite waard.

Hij is mooi gelegen tussen de rijstvelden en in de rotsen nabij de tempel zijn prachtige monumenten gehakt. We denken dat het graven zijn maar Nyoman vertelt ons dat we het fout hebben, het blijken schrijnen te zijn.


Dan rijden we verder naar de heilige brontempel Pura Tirta Empu. lVanwege Galungan is hier net een ceremonie aan de gang.

Bonnetje

Ook nu mogen we binnenkomen. Het is een hele grote tempel en we nemen plaats op de grond om te kijken wat er allemaal gebeurt. Prachtig geklede vrouwen dragen offergaven van fruit en andere etenswaren op hun hoofd. Even verderop zijn mensen aan het bidden en ze worden gezegend door een priester. Aan de andere kant van de tempel bevindt zich een bassin met heilig water waarin mensen zich wassen. Bijzonder om te zien.

Hierna gaan we naar de Gunung Batur, de actiefste vulkaan van Bali. In 1917 vond de grootste eruptie plaats waarbij meer dan 1000 mensen de dood vonden . Deze vulkaan is 1717 meter hoog en aan de voet van de vulkaan ligt een meer. We hadden ons er veel van voorgesteld en zijn teleurgesteld als we bij het uitkijkpunt aankomen. Niks idyllisch middenin de natuur, maar een uitkijkpunt aan een drukke weg waar we met tientallen andere mensen staan.

Bovendien zijn hier veel opdringerige verkopers en het uitzicht valt ook nog eens tegen; dikke grijze wolken hangen boven het meer en de vulkaan waardoor we de krater niet goed kunnen zien. Een paar minuten nadat we gearriveerd zijn begint het te stortregenen.

accu leeg :(

We vluchten een restaurant in en hopen dat het zo weer opklaart maar helaas, dat gebeurt niet. In de stromende regen bezoeken we nog de Ulu Danu tempel nabij de vulkaan maar dan vinden we het mooi geweest voor vandaag.

We hebben genoeg tempels gezien en willen weer terug naar ons hotel. Tot overmaat van ramp wil de auto niet starten. Pas als Nyoman en Jan gaan duwen krijgt onze chauffeur hem eindelijk weer aan de praat.

terug


5 Mei 2006 - Bezoek Bratanmeer & tempel

De vruchtbare grond en het klimaat op Bali zijn ideaal om rijst te verbouwen en dat gebeurt al eeuwenlang op dezelfde manier. De Balinezen hebben een perfect systeem bedacht van irrigatiekanalen en tunnels waarmee water wordt getransporteerd. Hierdoor kunnen ze 2x per jaar een oogst binnenhalen.

De rijstcyclus ziet er als volgt uit:

rijst

- de zaadjes worden geplant
- de boeren zetten het plantbassin onder water, ploegen het en maken het vlak
- de zaadjes zijn kleine plantjes geworden en deze worden met de hand overgezet in het plantbassin
- de rijst wordt met de hand geoogst
- de rijstvelden worden verbrand. Door de as blijft de grond vruchtbaar.

Vandaag gaan we op pad met Ketut, die we tijdens de Galungan ceremonie hebben ontmoet. Hij heeft ons beloofd om ons mooie rijstvelden in diverse stadia te laten zien. Zodra we even buiten Ubud zijn zien we al vrouwen aan het werk op de velden. Ze zijn aan het oogsten. Ze doen dit met een soort sikkel en vervolgens slaan ze de plantjes tegen een mand waarin de rijst wordt opgevangen. Leuk om te zien.

We rijden verder en komen langs het Bali vogelpark. Nu we hier toch zijn kunnen we hier net zo goed even een kijkje nemen, nietwaar? Het is een mooi aangelegd park waar veel kleurige exotische vogels uit Azië, Amerika, Afrika en Australië te vinden zijn. De meeste vogels zitten in kooien maar ze hebben hier ook een reusachtige volière gemaakt waar we doorheen kunnen lopen. De vogels vliegen hier los en het is een leuke bezigheid om ze te spotten. Normaal gesproken hebben ze in dit park ook een Komodovaraan maar we hebben pech want deze is tijdelijk ergens anders ondergebracht. Moeten we toch ook eens een bezoekje brengen aan de Komodo eilanden.

Hierna laat Ketut ons nog veel meer rijstvelden zien en we bezoeken de prachtige Ulu Danu tempel in het Bratanmeer. Dan wordt het al schemerig en gaan we weer terug naar ons hotel. Het einde van een zeer gezellige dag mede door Ketut. Het klikt tussen ons en hij geeft ons de mobiele telefoon van zijn zoon zodat we hem kunnen bellen als we wat willen afspreken of een taxi nodig hebben.

terug



6 - 8 Mei 2006 - Ubud & omgeving

Deze dagen zijn klusjesdagen. We gaan naar Ubud om te internetten zodat we een teken van leven kunnen geven aan onze familie, we spreken af met Ketut, we slaan wat boodschapjes in en laten de was doen. Verder spitten we onze reisgids door om te lezen wat we precies willen gaan zien op Java . En hoe en wanneer. We bezoeken diverse travel agencies en kiezen ervoor om 7 dagen naar Java te gaan waarbij we een privé gids en chauffeur tot onze beschikking hebben zodat we onze dagen optimaal benutten en veel kunnen zien.

Verder luieren we wat bij ons hotel en vluchten we voor de stortregens. We snappen inmiddels wel waarom Bali zo weelderig groen is……

Ketut de chaufeur / gids en Petra

terug


9 Mei 2006 - Naar Yogyakarta & Prambanan

Vandaag is het een beetje feest want Jan is jarig. Door in Mei op vakantie te gaan denkt hij er aan te kunnen “ontvluchten” maar hij heeft het mis.

Op de deur van onze hotelkamer hangt een mooie met de hand gemaakte felicitatie tekening namens alle medewerkers van het hotel en als we gaan ontbijten staat er een prachtig versgemaakt bloemstukje naast zijn bord en komt iedereen hem persoonlijk feliciteren, heel leuk.

Om half elf haalt Ketut ons op en hij brengt ons naar de luchthaven.
In een uurtje tijd vliegen we vanaf Denpasar naar de stad Yogyakarta op Java waar we worden opgewacht door Kadarwati, onze persoonlijke gids voor de komende 2 dagen. Een gezellige vrouw die onophoudelijk tegen ons aankletst.

We rijden door de drukke straten van Yogyakarta en het valt ons direct op dat het straatbeeld hier heel anders is als op Bali. Op Java (en in de rest van Indonesië) is de islam de hoofdgodsdienst en daarom zijn hier moskeeën in plaats van tempels. De meeste vrouwen dragen hoofddoekjes en sommige zijn zelfs helemaal gesluierd. Verder krioelt het hier van de becaks, 3-wielerige fietstaxi’s die hét vervoermiddel zijn in Yogyakarta. En er zijn geen straathonden!

Het is nog vroeg in de middag en we besluiten om de Prambanan te bezoeken.

De Prambanan is het grootste Hindoeïstische complex van Indonesië. Het is gebouwd in de 9e eeuw, toen Java nog Hindoeïstisch was en er nog geen spoor te bekennen was van de Islam. Ooit bestond dit complex uit honderden tempels maar nu staan er nog 6 hoofdtempels overeind, de rest ligt in puin. De tempels zijn gewijd aan de goden Brahma (de schepper) , Vishnu (de bewaker) en Sjiva (de vernietiger).


ga naar fotopagina

In alle rust wandelen we tussen de tempels door en bewonderen we de prachtige hindoeïstische afbeeldingen waarmee ze versierd zijn.

Plotseling horen we gegiechel achter ons. We worden achtervolgt door 2 meisjes in schooluniform. Ze willen graag hun Engels oefenen en willen van alles van ons weten. En uiteraard moeten we ook met ze op de foto. Dan nemen we afscheid en tot mijn grote verbazing krijg ik van beide meisjes 2 dikke plakzoenen op mijn wang. Dat is wel het laatste wat ik verwacht had op het Islamitische Java….

Als we alles bekeken hebben laten we ons afzetten in het hotel. Na een verfrissende douche gaan we naar een klein benauwd internetcafé in de stad om Jan zijn verjaardag felicitaties in ontvangst te nemen en hierna genieten we van een heerlijke Indonesische feestmaaltijd.'S avonds vieren we Jan's verjaardag nog even verder.

Beneden in het hotel luisteren we naar een zangeres begeleid door een pianist en een violist. We nuttigen enkele Tequilla sunrises * prijzig hier :( maar wel erg lekker en geslaagd.

terug


10 Mei 2006 - Borobodur & Yogyakarta

Het is 4.15 uur in de ochtend en met een schok word ik wakker. Wat een herrie buiten! Onmiddellijk dringt tot me door dat ik de oproep tot gebed hoor. In tegenstelling tot Jordanië, waar de oproep slechts enkele minuten duurt, gaat het indringende gezang hier ruim een kwartier door. En ja, dan ben je dus klaarwakker. Daarom zitten we om half 6 ’s ochtends al aan het ontbijt.

Hierna vertrekken we naar de beroemde Borobodur. De Borobodur is het grootste boeddhistische monument ter wereld en is gebouwd in de 8e en 9 eeuw. Het is een gigantisch gebouw wat lijkt op een platte piramide. Hij is 123 meter breed , ruim 30 meter hoog en bestaat uit 9 verdiepingen.

We kopen een kaartje en moeten langs een bewakingspost om het terrein op te komen. Steekproefsgewijs worden hier mensen gefouilleerd en tassen gecontroleerd.

In 1985 hebben Islamitische moslims 9 stoepa’s laten ontploffen (toen Unesco net klaar was met de renovatie werkzaamheden aan het complex) en sindsdien wordt de Borobodur 24 uur per dag bewaakt.


ga naar fotopagina

Zodra we het terrein oplopen worden we besprongen door souvenirverkopers en bedelaars. Ze zijn heel erg opdringerig en laten ons pas met rust als we de trappen van het gebouw beklimmen. Behoorlijk vervelend maar we hebben wel begrip voor deze mensen. Net als op Bali zijn ook hier bijna geen toeristen. Onze gids vertelt ons dat normaal gesproken 50.000 mensen dit wereldwonder per dag bezoeken, wij zien er vandaag hooguit 50! Redenen hiervoor zijn de continue dreiging van terrorisme maar ook de dreiging van de Merapi vulkaan die hier nog geen
30 kilometer vandaan ligt en op het punt van uitbarsten staat.

De Borobodur is echt prachtig. In alle rust bewonderen we de honderden reliëfs die het leven van Boeddha uitbeelden. Op de bovenste verdieping staat een gigantische stoepa omringd door kleinere stoepa’s en Boeddha beelden. In de kleine stoepa’s zitten ook weer Boeddha beelden verborgen. De Borobodur
Als we alles bekeken hebben lopen we weer naar beneden en we hebben nog geen 2 stappen gezet of we worden alweer omringd door verkopers en bedelaars:

“You remember me? It’s me Oscar, I have beautiful cards for you
It is me number 14, you see, on my hat, number 14
Look look Cheap Cheap
How much for you? You can bargain…
Special price for you
Please, please, give me money…

We kunnen het niet over ons hart verdragen om te vertrekken zonder wat souvenirs gekocht te hebben….

Dan gaan we weer terug naar Yogyakarta en hier bezoeken we het paleis van de Sultan. Dit paleis is in 1756 gebouwd en hier woont de enige nog regerende sultan van heel Indonesie. Hij is een belangrijk man en heeft veel aanzien bij zowel de regering als het volk

Je mag het paleis alleen bezoeken onder begeleiding van een gids van het paleis die de taal van de bezoeker spreekt. Wij krijgen een oude dame als begeleidster en inderdaad, ze spreekt gebrekkig Nederlands. Iedere zin begint ze met “Geachte Mevrouw, Mijnheer” en dat werkt behoorlijk op onze lachspieren, al hebben we dat aan haar maar niet laten blijken.

Batik stof

Het paleis zelf stelt niet veel voor, er is een draagstoelenmuseum en een museum dat helemaal gewijd is aan de 9e sultan, die in 1988 is overleden en de vader was van de huidige sultan. Blijkbaar was hij zeer geliefd want overal hangen foto’s uit alle fases van zijn leven en verder worden er allerlei bezittingen van hem getoond. Het kan ons niet boeien en de rondleiding is een ware kwelling.

Onze gids raakt niet uitgepraat en wij vinden het wel heel onbeleefd om haar telkens te onderbreken dus we doen alsof we aandachtig luisteren. We zijn dan ook erg blij als we weer buiten het paleis staan.

Yogyakarta is ook de stad van de Batik dus we ontkomen niet aan een bezoekje aan een Batik fabriek. Het is best wel interessant om te zien hoe dat hier allemaal met de hand wordt gemaakt.

Plotseling valt ons oog op een meneer die ijverig aan het werk is en er uitziet alsof hij al 100 jaar is. Bij navraag horen we dat hij inmiddels 82 is en al 46 jaar in deze Batik fabriek werkt. Omdat de fabriek geen pensioen kent zal hij hier waarschijnlijk tot aan zijn dood moeten blijven werken. …

terug


11 Mei 2006 - naar de Bromo vulkaangebied

Deze ochtend is het erg helder en vanaf de straat van ons hotel hebben we goed uitzicht op de rokende Merapi vulkaan. Hij ligt hier 29 kilometer vandaan en is al dagen in het nieuws omdat experts een dezer dagen een uitbarsting verwachten.

Mensen die in een straal van 5 kilometer van de vulkaan wonen zijn inmiddels geëvacueerd.
Wij zijn in ieder geval vertrokken voordat hij rare dingen gaat doen want na het ontbijt rijden we naar het vliegveld voor onze vlucht van Yogyakarta naar Surabaya. Het inchecken gaat erg snel alleen ons vliegtuig is nog niet gearriveerd.

redelijk chaotisch verkeer

En dat betekent vertraging. Ruim 1,5 uur. De vlucht zelf is zo voorbij, na 3 kwartier landen we al op Surabaya. Hier worden we opgewacht door een nieuwe chauffeur en een nieuwe gids Henk, die verrassend goed Nederlands blijkt te spreken.

Vanaf Surabaya is het ongeveer vijf uur rijden naar het gebied van de Bromo vulkaan.Voor het grootste gedeelte volgen we de hoofdweg en dit wordt echt de ergste rit uit mijn leven! Het verkeer is een nachtmerrie en er geldt hier maar 1 regel: het grootste voertuig heeft de macht. Wij zitten in een witte 6-persoonsbus en onze chauffeur rijdt als een idioot. Iedereen die we tegenkomen duwt hij zowat de berm in. Op deze hoofdweg rijden ook veel vrachtwagens die we in moeten halen. En dat doet onze chauffeur dan ook, ongeacht of er een andere vrachtwagen aankomt, of tegenliggers ,of een bocht of een heuvel. Het gaat iedere keer maar net goed en ik heb het zweet in mijn handen en op mijn voorhoofd staan.

ga naar fotopagina

Onze gids Henk doet alsof er niks aan de hand is en is in een uitgebreid gesprek verwikkeld met Jan, die inmiddels ook wel wat wittig ziet. Zodra we van de hoofdweg af zijn wordt het gelukkig een stuk beter. We komen door kleine dorpjes en bezoeken ook nog het vissersstadje Pasuran waar duidelijk grote armoede heerst.

Rond een uur of zes arriveren we in het dorpje Cemoro Lawang dat op 2000 meter hoogte aan de voet van de Bromo vulkaan ligt. Zodra de zon hier onder is daalt de temperatuur en voor het eerst tijdens onze reis hebben we het koud. Het is zelfs zo koud dat ik middenin de nacht mijn kleren weer aantrek en de dekens tot over mijn hoofd trek. Dat is even wennen.

terug



12 Mei 2006 - Zonsopkomst bij de Bromo vulkaan

uitzicht op de bromo vulkaan

Om half vier s’nachts gaat de wekker en met moeite komen we ons bed uit, wat een onmenselijk tijdstip om op te staan. We kleden ons dik aan tegen de kou en als we naar buiten lopen staat er een jeep klaar die ons in een uurtje via een hobbelige weg naar het uitzichtpunt bovenop de 2770 meter hoge berg Penanjakan brengt. Om kwart voor vijf komen we hier aan en het is nog steeds pikdonker. We zoeken een goed plekje uit en dan begint het wachten.

Langzaamaan komt de zon op en we genieten van een adembenemend schouwspel. Het buitenaardse landschap voor ons wordt magisch verlicht. We kijken neer op de grijs/wit gekleurde Bromo vulkaan. Hij steekt af tegen de rest van het landschap en blaast continue witte rook uit. Verder zien we de groengekleurde Batok vulkaan en achteraan de veel hogere Semuru vulkaan die om de tien minuten een dikke donkere wolk uitspuugt. Prachtig om te zien….en we hebben mazzel want het schijnt de eerste heldere zonsopkomst sinds weken te zijn.

ga naar fotopagina

Onze jeepchauffeur, Jan en gids Henk

Met moeite rukken we ons los van dit uitzichtpunt en in de jeep rijden we door een immense lavazandwoestijn naar de Bromo vulkaan. Hiervandaan kan je met paardjes omhoog maar we willen het te voet doen om in alle rust te genieten van de omgeving. Het rotsachtige pad loopt steil naar boven en het laatste stuk bestaat uit een trap van ruim 250 treden die tegen de berg op gemaakt is.

Rotte eierengeur is niet van de lucht

Buiten adem van de steile klim komen we boven aan en we worden begroet door een vreselijke rotte-eieren lucht die direct op onze keel en ogen slaat. We staan nu op de kraterrand en kijken ver de diepte in. Beneden ons zien we een groot donker gat waar de dikke verstikkende rook vandaan komt. We zoeken een mooi plekje op uit de wind en genieten van het uitzicht. Hier beseffen we pas goed hoe actief onze aardbol is.

Om een uur of 8 gaan we weer terug naar ons hotel om te ontbijten want inmiddels hebben we flinke trek gekregen!

We kunnen echter geen genoeg krijgen van dit prachtige landschap en even later steken we te voet de gigantische lava vlakte over. In de wijde omgeving is geen mens te bekennen en het is echt muisstil. We wanen ons hier echt op een andere planeet. Na 1,5 uur lopen bereiken we de Bromo vulkaan en nogmaals gaan we omhoog. Inmiddels zijn de jeeps en de paardjes verdwenen en we hebben de vulkaan praktisch voor ons zelf. Dit is pas genieten.

Aan het begin van de middag wordt het echter bewolkt en we lopen terug naar ons hotel. Net op tijd want als we daar aan komen is het helemaal mistig geworden.
De rest van de dag brengen we luierend door. We zijn moe maar zeer voldaan…..

terug



13 Mei 2006 - Naar Ijen vulkaan gebied

Vanwege de kou slapen we vannacht zo goed dat we helaas onze 2e zonsopkomst missen. Gelukkig hebben we na het ontbijt nog tijd genoeg om nog wat rond te wandelen.

Om half elf worden we opgepikt in een stoere Toyota landcruiser voor het vervolg van onze reis.
In 6 uur tijd rijden we naar het uiterste Oosten van Java. De chauffeur die we vandaag hebben rijdt gelukkig een stuk beter dan die van eergisteren zodat we nu kunnen genieten van de omgeving.
En vooral van onze mede weggebruikers. Ongelofelijk wat sommige mensen allemaal meeslepen op hun vervoermiddel. We zien fietsende hooibalen, rijdende meubelstukken, een vrachtwagen met een laadbak vol moslimmeisjes, aanhangers met stapels levende kippen of varkens, rijdende restaurantjes en complete gezinnen op 1 motorbike! We vervelen ons geen seconde en voor we het weten zijn we al bijna op onze eindbestemming.

De laatste 3,5 kilometer gaat over een hobbelige onverharde weg en dan komen we aan bij het Ijen Resort. Een super-de-luxe bungalowpark op de meest prachtige locatie die we ooit hebben gezien, op een bergflank omgeven door schitterende rijstvelden en vulkanen. En wij, bofkonten die we zijn, mogen hier 2 nachten verblijven. Dit Resort is kortgeleden gebouwd en is de enige overnachtingsplek nabij de vulkaan Kawah Ijen. Het is erg luxe, niet goedkoop maar echt een onvergetelijke ervaring.

uitzicht op rijstterassen

terug

14 Mei 2006 - Beklimming Ijen vulkaan

Vroeg op vandaag; om 5 uur vertrekken we met de jeep richting de Kawah Ijen (ie-djen).
Vanaf het resort is het een uurtje rijden naar de voet van de vulkaan en de hobbelige weg voert dwars door een koffie plantage en zelfs een echt regenwoud!

We beginnen aan de klim. Het pad is behoorlijk steil en de eerste drie kwartier lopen we door een bos. Daarna zitten we boven de boomgrens en hebben we mooi uitzicht op de omgeving. De weg slingert verder omhoog en onverwacht zijn we boven en kijken we neer op een prachtig turkoois gekleurd kratermeer. Witte zwaveldampen stijgen op uit de diepte. Adembenemend mooi….

We dalen gedeeltelijk af in de krater en hier zien we de zwavel-dragers aan het werk, die we op weg naar boven ook al tegen kwamen. Het is on-ge-lofelijk wat deze mannen doen.

ga naar fotopagina

Twee keer per dag dalen ze af in de krater om zwavel te verzamelen. Ze laden deze gele brokken in manden die ze op hun schouders naar boven dragen. Hun vracht weegt tussen de 80 en 100 kilo! Op blote voeten of met slippertjes leggen ze op deze manier een afstand af van ruim 15 kilometer per dag. Het pad is rotsachtig en steil en de zwaveldampen die ze beneden in de krater inademen zijn verstikkend. Deze mannen worden dan ook niet oud, hun levensverwachting is 50 jaar. Ze verdienen ongeveer € 3,00 per dag en dat is zeer goed betaald in vergelijking met het gemiddelde salaris in deze regio.

De gewonnen zwavel wordt voornamelijk gebruikt in suikerraffinaderijen.

Blik op de zwavelwinning

We kopen een brok zwavel bij een van deze mannen en delen onze meegebrachte koekjes uit. Dat is wel het minste wat we kunnen doen….

Het is trouwens erg rustig op deze vulkaan. Er zijn bijna geen toeristen en de enige die we zien zijn Indonesiërs uit Surabaya die een weekend uitstapje hiernaartoe maken. Zodra ze ons in het oog krijgen pakken ze onze hand vast en moeten we met ze op de foto. Meer dan een keer. Erg leuk!

We brengen een paar uur op deze vulkaan door en dalen dan weer af. Weer een belevenis erbij die we niet snel zullen vergeten!

terug


15 Mei 2006 - Wandelen rond Ijen resort & terug naar Bali

Om 5 uur zijn we alweer ons bed uit want we willen een wandeling tussen de rijstvelden maken.
De zon is net op en zet de omgeving in een sprookjesachtig licht.

We volgen het smalle paadje dat tussen de rijstvelden en diverse kleine dorpjes loopt en genieten van de stilte. Kikkers kwaken, vogeltjes fluiten, het is hier echt een waar paradijs.

Al gauw komen ook de dorpsbewoners tot leven. Boeren gaan met hun buffels aan het werk op het land. Vrouwen wassen zichzelf in het smalle riviertje langs de weg. Als we door het dorp lopen groeten de mensen ons vriendelijk en de kinderen rennen zwaaiend op ons af.

Eerst zijn ze wat verlegen maar zodra we een foto van ze maken en het resultaat achter op onze camera laten zien zijn ze door het dolle en springen ze wild om ons heen en moeten we nog meer foto’s maken. Heerlijk!

Dan gaan we weer terug naar ons resort en na het ontbijt verlaten we dit mooie plekje. Met pijn in ons hart want het liefst waren we hier nog veel langer gebleven…

In een uur rijden we naar Ketapang waar we op de veerboot naar Bali stappen. Beneden in het ruim worden we vergast door de autodampen
en we vluchten naar het bovendek. Daar is het lekker rustig en we ploffen neer op een van de bankjes.

We staren dromerig over de reling heen en schrikken ons rot als er in ene totaal onverwachts een hoofd bovenuitkomt. En nog een. En nog een. Drie jongens van een jaar of tien klimmen als behendige aapjes de veerboot op en komen naar ons toe. Voor duizend roepies willen ze speciaal voor ons van de reling afspringen en een fantastische salto het zeewater inmaken. Dat lijkt ons niet zo’n goed idee.

De reling is hoog, zeker een meter of 10, en op het water is het een drukte van belang met andere boten. Ze blijven minutenlang tegen ons aanzeuren totdat de veerboot plotseling in beweging komt. Met een rotvaart rennen ze naar de reling en zonder aarzelen springen ze alledrie overboord. We zien nog net hoe ze weer boven water komen en tussen de boten door naar de kade zwemmen.

De overtocht naar Bali duurt precies een halfuurtje, lang genoeg voor ons want wij zijn echte landrotten en beginnen al aardig misselijk te worden van het geschommel.

Dan zijn we weer op Bali. Onze chauffeur woont in Denpasar en hij ruikt blijkbaar stal want hij rijdt als een idioot. Dit wordt onze 2e traumatische autorit in deze vakantie en het is echt een wonder dat we levend in Kedewatan aankomen.
We zijn weer terug in het hotelletje waar we ook onze eerste week hebben doorgebracht. Zodra de medewerkers ons in de gaten krijgen begroeten ze ons enthousiast. Heerlijk om al die vertrouwde gezichten weer te zien, dit voelt bijna als thuiskomen….

terug



16 Mei 2006 - Wandeling nabij Ubud & Muizenissen

Vrouwen aan de rijstoogst

Om 11 uur komt Ketut ons ophalen. Het is erg leuk om hem weer te zien en gezellig bij te kletsen over onze Java belevenissen. We gaan naar Ubud om wat te internetten en genieten van onze lunch in het Lotus Café. Volgens onze reisgids is dit café het startpunt van een mooie wandeling tussen de rijstvelden. We geloven het niet en willen wel eens zien of dat waar is. En inderdaad, binnen een paar minuten lopen we al middenin de natuur en is de drukte van het stadje heel ver achter ons.

2 uur lang volgen we een smal zandpaadje dwars door de rijstvelden en hopen we dat we niet gebeten worden door een slang want we zijn zo stom om deze wandeling op slippertjes te maken.

Als we weer terugkomen bij ons hotel is het daar een drukte van belang.
Wayan, een van de medewerkers, staat in een hele rare houding tegen een schilderij aan. Daaronder zit een dikke bobbel. En het beweegt. Een paar dames gillen het uit maar niemand weet wat er nu precies achter het schilderij zit. Wayan geeft een paar harde meppen op de bult en slaat er daarna nog eens op met een hamer. Nu moet “het“ wel dood zijn. Voorzichtig haalt hij het schilderij weg en zien we nog net hoe hij wegloopt met een hele dikke bewegingloze muis. Wayan, de muizenvanger van Kedewatan…..

terug


17 Mei 2006 - Naar Amed

De meeste mensen gaan naar Bali om te genieten van zon, zee en strand. Wij zijn hier nu al een poosje en hebben nog geen zee of strand gezien en daar willen we verandering in brengen. We houden echter niet van drukke toeristische badplaatsen zoals Kuta en willen ergens anders heen.

Ketut brengt ons in 2,5 uur tijd naar Amed, een klein vissersdorpje in het uiterste Oosten van Bali. Een paar kilometer buiten Amed vinden we een mooi en rustig bungalowparkje, Kusuma Jaja. We zijn op een ander stelletje na de enige gasten en krijgen een echt Balinees huisje op 10 meter afstand van de zee en 5 meter afstand van een zwembad. Wat wil een mens nog meer?

Het strand stelt niet veel voor. Het is klein en bestaat uit zwart zand en hier en daar wat rotsen.
Bovendien liggen hier overal prahus, de gekleurde zeilbootjes waarmee de inwoners dagelijks gaan vissen. Het is hier aan de kust een stuk warmer en vochtiger als in het binnenland.

let op de raampost links :)

We hebben weinig energie om ook maar iets te ondernemen en de rest van de dag liggen we voor pampus, we komen alleen overeind om een duik te nemen in het zwembad.

Aan het eind van de middag slenteren we wat over het verlaten strand. In ene valt ons oog op een klein bordje waarop met de hand geschreven “vegetarian restaurant” en “home made pasta” staat. En dat laatste doet het hem. Al dagen genieten we van de Indonesische keuken maar bij
het woord pasta loopt het water in onze mond. Dat is lang geleden!

Tja, humor zit vaak in een kleine raampost

We openen het hekje en volgen het pad dat uitkomt bij een klein schelpenmuseum en een gezellig binnenplaatsje waar een paar tafels en stoelen staan.

Verder staan hier tientallen potten vol kruiden en andere mengseltjes. We roepen een paar keer “Hello” en dan komt er een man aangestiefeld in een versleten spijkerbroek met ontbloot bovenlijf, een grote ketting om zijn nek, warrig haar en een lange baard.
Er hangt een sterke knoflookwalm om hem heen. Hij is de eigenaar van dit restaurantje en kijkt ons aan alsof we aliens zijn.

Het is duidelijk dat hij nu geen gasten verwacht. Het is al weken erg rustig, vertelt hij en eigenlijk is zijn restaurantje gesloten. Hij heeft geen verse ingrediënten in huis om een maaltijd voor ons te bereiden. Jan vertelt hem teleurgesteld dat we zo’n trek hebben in pasta. Dan tovert hij een grote glimlach tevoorschijn, maar dát kan hij nog wel voor ons maken!

En zo genieten we onverwachts van een heerlijke home made maaltijd van zelfgemaakte pasta met zelfgemaakte tomatensaus, zelfgemaakte basilicum (zee)zout, zelfgemaakte chocolade cake met zelfgemaakte yoghurt en zelfgemaakte kardemon koffie.

De eigenaar van het restaurant is een vriendelijke alternatieve Duitser die genoeg heeft van het rijke Westen en hier op Bali een nieuw leven is begonnen. Hij komt bij ons zitten en vermaakt ons 3,5 uur lang met zijn boeiende levenservaringen en theorieën.

En dit vinden wij een van de leukste dingen van reizen, die onverwachte ontmoetingen met de meest uiteenlopende interessante personen.

terug



18 Mei 2006 - Snorkelen bij Amed

De omgeving van Amed schijnt een van de beste te zijn om te snorkelen of te duiken en dat willen we vandaag gaan proberen. De Duitser van gisteravond adviseerde ons om een baai verderop te gaan snorkelen en we volgen zijn raad op. Om ons te verplaatsen huren we 2 stoere fietsen maar dat blijkt niet zo’n goed idee te zijn. De wegen zijn bochtig en steil en bovendien is het simpelweg te heet.

bootjes aan de kust

Bij de baai aangekomen duikt Jan gelijk het water in en hij heeft het idee in een groot zee aquarium rond te zwemmen. Hij ziet prachtig gekleurde vissen, paarse zeesterren en mooie koralen. Het water is erg helder en er is hier geen sterke stroming zoals in de zee ten Zuiden van Bali wel het geval is.

Hier in de buurt moet ook een Japans scheepswrak zijn wat je snorkelend kan ontdekken en we gaan te voet op onderzoek uit. Onderweg begint het onverwachts gigantisch te regenen en omdat het nog zeker 5 kilometer lopen is geven we het op en keren we om naar ons appartementje….

terug


19 Mei 2006 - Omgeving Amed

Als we ’s morgens rond half acht aan het ontbijt zitten zien we de vissers terugkomen. Uit het niets verschijnen tientallen bootjes als kleurige stipjes aan de horizon om even later op het strand aan te meren. Erg leuk om te zien.

Na het ontbijt gaan we op zoek naar de zoutwinning. In de omgeving van Amed wordt namelijk zout gewonnen volgens een oeroud proces. Men verdampt pekel in uitgeholde palmboomstammen die op het strand te drogen worden gelegd. Wij willen dit graag zien maar als we bij Amed aankomen hebben we pech. De palmboomstammen liggen opgestapeld en er is geen zoutwinning te bekennen.

Een van de mensen vertelt ons dat ze pas in Juli en Augustus weer aan het werk gaan. Maar wij, bofkonten, kunnen wel wat zout kopen bij deze mensen hier want ze hebben nog genoeg op voorraad. En dat doen we dan maar.

We slenteren nog een eind over het strand en worden steeds omringd door kleine kinderen die ons zelfgemaakt kettingen of zout proberen te slijten.

Sommige zijn nog erg jong, hooguit een jaar of vijf. Het Oosten van Bali is een stuk armer als de rest van het eiland waar we tot nu toe geweest zijn, dat is ons wel duidelijk geworden afgelopen dagen.

De rest van de dag zijn we erg lui en in de schaduw genieten we van lekkere fruitshakes en een goed boek.

terug


20 Mei 2006 - Naar Sanur & Uluwatu tempel

En dan breekt plotseling onze laatste echte vakantiedag aan. Inmiddels hebben we het wel gezien in Amed en we nemen een taxi naar Sanur, een badplaats dicht bij het vliegveld.

We zijn nog maar net vertrokken of we worden aangehouden door de politie. Onze chauffeur begint te zuchten, overhandigt zijn papieren en betaalt de agent 5000 roepies (+/- € 0,50). Met een stalen gezicht stopt de agent dit in zijn broekzak en gebaart ons dat we verder mogen rijden.

Als ik achterom kijk zie ik hem de volgende auto alweer aanhouden.
Onze chauffeur vertelt ons dat dit de normale gang van zaken is. De politie hier toch enigsinds wel corrupt. De salarissen zijn niet hoog en op deze manier verdienen de agenten een centje bij...

Rond 10 uur komen we in Sanur aan. Onze chauffeur weet wel een leuk hotel en brengt ons naar Taman Agung dat we toevallig zelf ook hadden uitgekozen in onze reisgids. We droppen onze spullen en gaan dan naar Uluwatu.

Uluwatu is een mooie tempel die hoog op een rots ligt op het Zuidelijkste puntje van Bali. Vanaf hier heb je een schitterend uitzicht over zee.

Tegelijkertijd met ons arriveren ook tientallen prachtig geklede Balinezen die offers gaan brengen in deze heilige tempel. Nabij deze tempel leeft ook een groep makaken en deze weten blijkbaar precies wanneer het offerdag is. 2 nietsvermoedende vrouwen lopen kletsend de trappen op en nog voordat ze boven zijn springt er plotseling een makaak op hen en grist de fruitoffers uit hun handen. De dames staan er als verstijfd bij en kijken de makaak na die op een muurtje klimt en het offertje uitgebreid oppeuzelt. Wat een brutaliteit!

We hebben moeite om onze lach in te houden, dit was wel een heel grappig gezicht.

We rijden weer terug naar Sanur en kopen hier de laatste souvenirs. Het is echt een toeristisch stadje vol winkeltjes, hotels en restaurantjes. Wat een verschil met Amed!

terug

21 & 22 Mei 2006 - Vlucht naar Amsterdam

“So, this is your last Bali breakfast” deelt de vriendelijke medewerkster van het hotel ons ten overvloede mede. Ja, dat beseffen we zelf maar al te goed. Het is tijd om naar huis te gaan en eigenlijk hebben we helemaal geen zin. Het bevalt ons prima hier in Indonesië. We willen verder reizen naar een van de andere eilanden en nog meer mooie plekken ontdekken. Maar helaas, aan alles komt een einde dus ook aan onze vakantie.

Om 13.00 uur vertrekt ons vliegtuig naar Kuala Lumpur. De vlucht is een ware kwelling want naast ons zitten 4 Indiase kinderen die het hele vliegtuig terroriseren met hun irritante gedrag. En hun ouders? Die doen niks en lachen alleen maar om hun kroost. Op Kuala Lumpur moeten we 7 uur wachten op onze volgende vlucht en we hebben de grootste moeite om niet in slaap te vallen.

Inmiddels is het al lang bedtijd voor ons. Om toch maar wakker te blijven lopen we het hele vliegveld in de rondte totdat onze voeten er zeer van doen, we hebben bijna een marathon afgelegd! De vlucht van Kuala Lumpur naar Amsterdam verloopt voorbeeldig. Het is een rustige vlucht zonder turbulentie of vervelende kinderen en we kunnen zelfs wat slapen.

Luchthaven Kuala Lumpur

Na 28 uur arriveren we eindelijk weer in ons kleine kikkerlandje. Wat een reis!
We zijn moe maar toch ook blij dat we weer heelhuids thuis zijn en onze familie in de armen kunnen sluiten.

terug


28 Mei 2006 - Aarbeving Yogyakarta

We zijn nog maar net 5 dagen thuis als we horen dat midden Java is opgeschrikt door een zware aardbeving van 6.2 op de schaal van richter. Het centrum van de beving ligt dichtbij de stad Yogyakarta en ook in die stad zijn veel slachtoffers gevallen. Momenteel zijn er 5000 doden en het aantal zal naar verwachting alleen nog maar stijgen. Er zijn ruim 55.000 gewonden en de ziekenhuizen en hulpverleners kunnen lang niet iedereen helpen want er is een groot tekort aan hulpgoederen. Meer dan 100.000 mensen hebben geen dak meer boven hun hoofd.

Afschuwelijk gewoon.

Op televisie en op internet zien we de meest vreselijke beelden. Plaatsen waar wij geweest zijn of doorheen gereden hebben liggen nu volledig in puin. Het vliegveld is beschadigd, gebouwen zijn ingestort en het schijnt dat er ook schade is aan de Borobodur en de Prambanan.

Wij denken onmiddellijk aan onze vriendelijke gids en chauffeur en de overige mensen die we ontmoet hebben en die in of nabij Yogyakarta wonen. We kunnen alleen maar hopen dat ze het er levend vanaf hebben gebracht.

Heel even gaat er een rilling door ons heen, wat als het 2 weken eerder had gebeurd en wij nog in Yogyakarta waren? Staat ons hotel nog overeind?

Er werd gevreesd voor een uitbarsting van de Merapi maar er kwam een aardbeving. Het zal ons niks verbazen als de Merapi binnenkort toch gaat uitbarsten. Het is een heel actief stukje aarde daar….

terug